Hoe leer ik kinderen met autisme een studieplanning maken?
Eerst en vooral moet je weten dat een studieplanning individueel is. Ieder persoon studeert immers op zijn/haar manier, aan een bepaald tempo, heeft vakken die hij/zij heel goed kent/kan of net minder goed kent/kan. Bovendien moet men ook rekening houden met buitenschoolse activiteiten en eventuele afspraken of uitjes.
Al deze bovenvermelde zaken dien je in het achterhoofd te houden bij het maken van een realistische planning.
Wat is een realistische planning? Dat is een planning waarbij:
je rekening houdt wat je opdrachten zijn,
je rekening houdt met de datum waarop opdrachten moeten ingediend worden of gekend zijn
je rekening houdt met wat jouw studietempo is
je rekening houdt met de tijd die een opdracht vraagt (kan je deze in 1 keer afwerken of zijn meer momenten nodig?)
je rekening moet houden met anderen met wie je de opdracht eventueel moet maken
je rekening houdt met afspraken (sport/dans/logo/…)
je rekening houdt met een vrij moment (ontspanning)
…
De voorbereiding
Zorg dat je een overzicht hebt van alle opdrachten die je dient te maken of in te studeren. Dat zijn zowel taken, als toetsen, leesopdrachten, voorbereidingen voor spreekbeurten, (mondelinge) examens en tentamens, …
Check of alles duidelijk is. Bij onduidelijkheden herlees je de opdracht(en) of studiewijzer(s). Indien beide niet voor opheldering zorgen, raadpleeg je de vakleerkracht.
Je kan pas een goede studieplanning maken wanneer alles duidelijk is.
Wat moet ik voor elk vak kennen of doen?
Breng voor alle vakken in kaart wat je moet kennen/kunnen. Hou ook rekening met opdrachten, taken of toetsen die al aangekondigd zijn voor zowel middellange als lange termijn. Werk niet slechts één week vooruit, maar zorg voor een helicopterview. Denk dus zowel op korte-, middellange- als langetermijn.
Splits grote opdrachten op in deelopdrachten.
Hoeveel tijd plan ik in per taak of les?
De tijd die je inplant is individueel. Dit betekent dat klasgenoten, vrienden, studiegenoten er korter of langer kunnen over doen.
Als je nog nooit eerder een degelijke studieplanning opgemaakt hebt, zal het in het begin wat moeite vergen om te weten hoeveel tijd je voor welke opdracht, taak, toets, … voorziet. Maar, zoals met alles, baart oefening kunst. Eens je dit gewoon bent, ga je ook veel gemakkelijker kunnen inschatten hoelang je over iets doet.
Sommige mensen studeren graag in blokken van anderhalf of twee uur, terwijl anderen zich met moeite 30 minuten kunnen focussen. Ook hier dien je rekening mee te houden.
Voorzie regelmatig een pauze in je planning en hou je hier ook aan, met andere woorden: maak van een voorziene pauze van 30 minuten geen pauze van 2 uur.
Geplande tijd versus échte tijd
Bij geplande of voorziene tijd ga je de minuten incalculeren die je denkt nodig te hebben om een bepaalde opdracht of taak te maken, een toets in te studeren, …
De échte tijd is de reële tijd die je erover gedaan hebt om de opdracht of taak te maken, de toets in te studeren, …
Je zal merken dat je dit in het begin misschien niet altijd even correct kunt inschatten, maar dat is helemaal niet zo erg als je tijdig begint. Opdrachten last-minute inplannen is dan ook niet echt een slim idee.
Hoe vaker je een studieplanning opmaakt, hoe beter je hierin wordt en de ingeschatte tijd vaker en vaker realistisch is voor jou.
Hoe maak ik een kortetermijnplanning voor mijn taken en toetsen?
Men kan spreken over een kortetermijnplanning wanneer je opdrachten, taken en toetsen gaat inplannen die binnen de week à tien dagen dienen gemaakt/ingestudeerd te worden.
Voorbeeld kortetermijnplanning lager en middelbaar:
Maandag: taak Nederlands zinsdelen
Dinsdag: tekst Frans lezen ter voorbereiding + lezen toets natuurwetenschappen
Woensdag: ballet/voetbal/tennis/zwemmen/logopedie/… + oefeningen 1 en 2 wiskunde vraagstukken
Donderdag: leren toets natuurwetenschappen + opzoekwerk geschiedenis
Vrijdag: prenten verzamelen godsdienst
Zaterdag: sport op verplaatsing
Zondag: Bezoek grootouders + voorbereiding tekst Nederlands begrijpend lezen + oefeningen 3 t.e.m. 8 wiskunde vraagstukken
Zoals je merkt, is het voor sommige studenten aangewezen om de leerstof bijvoorbeeld al eens te lezen alvorens ze te leren/in te studeren. Dit hangt af van persoon tot persoon en van vak tot vak.
Bij een kortetermijnplanning, kan je zeker ook rekening houden met naschoolse activiteiten, bezoekjes aan grootouders, een uitstap met je ouders, …
Hoe maak ik een langetermijnplanning voor mijn taken en toetsen?
Bij een langetermijnplanning ga je zaken inplannen die meer verspreid in de tijd zijn.
Zo weet je bijvoorbeeld al bij het begin van het schooljaar dat je een boekbespreking hebt na de herfstvakantie of dat er een groepswerk zal zijn midden oktober, …
Deze zaken kan je dan al aanduiden op je langetermijnplanning.
Alles hangt natuurlijk af van de richting die je volgt in het middelbaar of je studie in het hoger onderwijs of de universiteit. Mensen die al aan hoger onderwijs begonnen zijn, kennen al van bij het begin van het academiejaar de agenda van hun werk- en hoorcolleges voor het eerste semester. Je weet dan ook al wanneer je blokperiode valt en weet binnen welke periode examens/tentamens kunnen vallen.
In een langetermijnplanning neem je belangrijke data op zoals het indienen van eindwerken, proefschriften, thesis, … Hiervoor is een maandkalender/jaarkalender geschikt.
De kracht van afvinken
Voorzie bij elke opdracht een afvinkvakje.
Het is goed voor je mentaal welzijn dat je gemaakte opdrachten kan afvinken. Men ziet de taken/opdrachten als het ware verminderen en dit kan voor een positieve energie zorgen.
Hoe hou ik mij aan mijn studieplanning?
Een studieplanning kan alleen succesvol zijn als je rekening houdt met volgende punten:
Neem alle taken/opdrachten/toetsen/examens/… op in je agenda van zodra je de data kent
Wees realistisch in je planning
Bereid je voldoende voor
Vertoon geen uitstelgedrag
Zorg voor voldoende ontspanning tussen je leermomenten
Plan tijd in om je e-mails te bekijken en doe dit niet een hele dag door
Beperk sociale media tot specifieke momenten tijdens de dag
Zeker door sociale media kan men afgeleid zijn en is men in no-time een uur online zonder het goed en wel te beseffen. Het gebruik hiervan wordt sterk onderschat. Indien je dit wenst, kan je steeds via de tool op jouw smartphone raadplegen hoeveel tijd je gespendeerd hebt op sociale media.
Laat je niet steeds verleiden tot kotfeestjes en uitgaansmomenten, maar beperk dit in aantal.
Af en toe een rustmoment doet wonderen voor een frisse geest.
Veel succes met de studie!
Karine